Achter het riet van Vinco David is een roman van Nederlandse bodem, die speelt in Nederlands Brazilië. Toen Portugal en Spanje een dubbelmonarchie vormden van 1580 tot 1640, waren de lage landen verwikkeld in de tachtigjarige oorlog met Spanje. Het feit dat Portugal nu bij Spanje hoorde, gaf de Nederlandse bewindvoerders en meer concreet de West-Indische Compagnie een excuus om ook de Portugese koloniën aan te vallen en te veroveren. Gedurende enkele tientallen jaren was de kans dat Brazilië een Nederlandse kolonie zou worden niet geheel denkbeeldig. Nederland zwaaide de scepter in belangrijke delen van Brazilië van 1630 tot 1654. Na de vrede van Münster in 1640 rekten de Nederlanden de uitvoering van het vredesverdrag nog wel, maar moesten de veroverde Portugese koloniën uiteindelijk worden teruggegeven.
Achter het riet is bij mijn weten het eerste boek dat grotendeels in Nederlands Brazilië speelt. Het jeugdboek Slavenhaler van Rob Ruggenberg speelt er voor een deel.
De geschiedenis van Nederlands Brazilië is intrigerend, mede omdat prins Johan Maurits van Nassau er een aantal jaren gouverneur was en een voor die tijd verlicht bewind voerde. Hij nam een groot aantal wetenschappers en kunstenaars, onder andere de schilders Frans Post en Albert Eckhoudt, mee om Brazilië te documenteren. Hij stond een grote mate van godsdienstvrijheid toe en gaf verschillende bevolkingsgroepen politieke invloed. Hij krijgt krediet voor een soort protoparlement. Ondertussen had hij geen problemen met de slavernij.
In een Braziliaanse winkel, waar ik vaak kom, zei de eigenaar op een dag tegen mij dat de huidige problemen van Brazilië de schuld waren van de Hollanders. Als die niet weg waren gegaan, dan zou Brazilië er veel beter aan toe zijn dan nu, zo meende hij. Er zit overigens wel enige mythevorming rond het bewind van Johan Maurits, maar in sommige zaken was hij zijn tijd zeker vooruit.
Terug naar Achter het riet. Dat vertelt het verhaal van een Nederlandse planter, Gabriël Crul, die na een militaire carrière bij de verovering van Brazilië als suikerplanter begint. Crul is een wrede slaveneigenaar, die zich weinig bekommert om de economische waarde van zijn slaven. Ietwat vreemd, waar de meeste slaveneigenaren hun wreedheid enigszins intoomden, omdat een slaaf, die niet kan werken, niets waard is. Crul is ook pervers, in de zin dat hij zijn (mannelijke) huisslaven seksueel misbruikt. Seksuele relaties met slaven kwamen natuurlijk volop voor.
Het verhaal speelt zich grotendeels af op de plantage van Crul en gaat vrijwel alleen over de onderlinge relaties op het bedrijf. Er zijn twee kampen in huize Crul. Zijn vrouw, zijn dochter en zijn tante benevens enkele huisslavinnen aan de ene kant en Crul en zijn huisslaven aan de andere kant. Crul heeft nauwelijks meer een relatie met zijn vrouw en lest zijn seksuele dorst dus met zijn huisslaven.
Een dominee, die wordt ingehuurd om zijn dochter les te geven, probeert seksuele relaties aan te knopen met zowel Cruls dochter als een van de huisslavinnen en probeert Cruls vrouw te manipuleren.
Daarmee wordt de achtergrond van Nederlands Brazilië en de strijd met de Portugezen gereduceerd tot een tamelijk statische decor voor de relationele problemen in huize Crul. Zo nu en dan komen de gebeurtenissen in de kolonie wel ter sprake, maar het boek gaat vrijwel uitsluitend over de spanningen binnen de familie Crul plus hun huisslaven.
Helaas komen de hoofdpersonen in Achter het riet daarbij niet echt uit de verf. Ze blijven wat eendimensionaal. De dromen, die het boek larderen, vond ik al helemaal niet geloofwaardig. Ook het einde van het boek is nogal onbevredigend. De situatie in huize Crul wordt onbeheersbaar en zijn dochter vlucht naar Mauritsstad. De Portugezen staan op het punt om de kolonie te heroveren en het verhaal eindigt ineens.
Jammer dat het boek nauwelijks een beeld geeft van de koloniale samenleving in Nederlands Brazilië. Er wordt wel verteld dat er joden zijn, die (uniek voor die tijd) een synagoge mogen bouwen, dat er vrije zwarten zijn en slaven, dat de indianen voor een deel aan de Hollandse kant vochten, maar dat heeft allemaal nauwelijks met het echte verhaal te maken, dat zich bijna helemaal binnenshuis in huize Crul afspeelt. Het decor van Nederlands Brazilië is tamelijk willekeurig.
Uiteraard is die keuze aan de schrijver, maar bij gebrek aan echt geloofwaardige personages is Achter het riet mede daardoor een wat mager verhaal geworden.
Vinco David, Achter het riet, of de waarachtige geschiedenis van Gabriël Crul, planter in Nederlands Brazilië, Van Gennep, Amsterdam
Rob Ruggenberg, Slavenhaler, Querido, Amsterdam (jeugdboek) (website Slavenhaler)
Non-fictie over Nederlands Brazilië:
Charles R. Boxer, De Nederlanders in Brazilië 1624 – 1654, Atlas, Amsterdam
José Antônio Gonsalves de Mello, Nederlanders in Brazilië (1624-1654). De invloed van de Hollandse bezetting op het leven en de cultuur in Noord-Brazilië
Evaldo Cabral de Mello, De Braziliaanse affaire. Portugal, de Republiek der Verenigde Nederlanden en Noord-Oost Brazilie, 1641-1669, Walburg Pers, Zutphen. Met name over het diplomatieke steekspel van de vrede van Münster rond de Braziliaanse rijkdommen.
Juni 2010