We kunnen nu voortdurend verbonden zijn met wie we willen, tenminste als je genoeg geld hebt. Dat was wel eens anders. Toen ik in mijn studententijd naar India ging, bestond de mobiele telefoon nog niet, net zo min als internet. Naar huis bellen was onbetaalbaar en veel gedoe. Je moest op het postkantoor wachten tot de verbinding tot stand kwam. Dat kon lang duren. Het contact met het thuisfront bestond dus uit brieven. Het antwoord kwam poste restante (vrij vertaald ‘wachtende post’) naar een postkantoor naar keuze, waar je het kon afhalen.
Je was blij als je ergens een internationale krant kon kopen. Voor het nieuws uit de wereld en het thuisland was er ook de korte golf. Radio-uitzendingen via de korte golf gaan de hele wereld rond, dus met een korte-golfontvanger kon je het nieuws uit Nederland (Wereldomroep) en de wereld (BBC World Service) overal volgen.
Indertijd kocht ik de beste korte-golfontvanger, die er toen was, de Sony ICF 7600. De eerste werd gestolen tijdens een vlucht van Kenya naar Lesotho. Wat was ik boos!
Magisch dat je ergens in de rimboe aan de andere kant van de wereld een antenne de lucht in kon steken en iemand in Hilversum of Londen kon horen. In deze tijd van mobiele telefoons, internetcafé’s op elke hoek van elk ‘derde-wereldland’ is die magie natuurlijk verdwenen. Er zijn nog wel uitzendingen op de korte golf.
Een deel van de magie van de korte golf is dat er geen kabelnetwerk aan te pas komt en er niet om de zo veel kilometer een zendmast hoeft te staan, zoals voor de mobiele telefoon.
De korte golven kaatsen tussen bepaalde luchtlagen en de aarde onder een hoek op en neer en gaan zo de wereld rond, zonder tussenkomst van meerdere zenders, masten of kabels. De ontvangst laat dan wel eens te wensen over door klimatologische omstandigheden of activiteit van de zon. Vandaar dat steunzenders aan de andere kant van de wereld wel nuttig zijn.
Toch nog wel bijzondere technologie.
Bert Ernste
26 mrt 11 at 13:39 edit_comment_link(__('Edit', 'sandbox'), ' ', ''); ?>