A. Alberts (1911-1995) is een intrigerend schrijver. In literaire kringen heeft hij veel naam gemaakt (in 1995 kreeg hij de P.C. Hooftprijs), maar hij is nooit een echt bekende schrijver geworden. Alberts staat bekend om zijn korte, onopgesmukte zinnen, droge humor en een wat afstandelijke, ietwat onverschillige manier van schrijven. Veel wordt aan de fantasie van de lezer overgelaten. In een interview zei Alberts dat hij daarmee zijn eigen vervreemding van de werkelijkheid uitdrukte, maar dat hij ook de lezer niet lastig wilde vallen.
Het zand voor de kust van Aveiro van Alberts speelt rond 1800, als stormen de haven van Aveiro hebben laten verzanden. Twee broers van een voormalige familie van havenloodsen zitten nu in het bankierswezen en hebben een concessie van de kroon om in diamanten uit Brazilië te handelen. Mateus Vicente vertrekt daarom per schip naar Santos in Brazilië, van waar de diamanten uit Minas Gerais (Algemene Mijnen, de naam van een deelstaat) worden geëxporteerd. Vicente (in het boek vaak ‘de passagier’ genoemd) is nog geen dag op zee, als hij van een passerend schip verneemt dat zijn missie vergeefs zal zijn, want Frankrijk heeft de vrede met Portugal geweigerd. Als hij terug zou gaan, is het bankiershuis van de broers failliet, omdat de concessie veel geld kostte. Daarom gaat Vicente toch naar Santos. Zijn broer kan dan de schuldeisers voorlopig van zich af houden door te beloven hen te betalen, als zijn broer met fortuin terug komt.
In Santos leidt Vicente een rustig bestaan onder de platanen, net genoeg verdienend voor het levensonderhoud van hemzelf en de vrouw en kinderen met wie hij samen woont. Na vele jaren sluiten Frankrijk, Engeland en Portugal alsnog een voor Vicente “zeer storende vrede”. Nu kan hij immers een brief van zijn broer in Aveiro verwachten. De Portugese agent in Santos heeft wel een idee. Waarom gaat Vicente niet zijn fortuin maken door gebruik te maken van het in Moçambique gangbare prazo-systeem. In dat systeem wordt grond uitgegeven onder de voorwaarde dat de oudste dochter van de pachter trouwt met een volbloed Portugees.
Vicente laat zijn ‘gezin’ achter en vaart naar Moçambique. Zijn beoogde bruid, diep in het Afrikaanse oerwoud blijkt een femme fatale, die al getrouwd is en uit wraak voor het haar onwelgevallige huwelijksvoorstel letterlijk de hand van Vicente wil. Die weet aan dat lot te ontsnappen dank zij de hulp van zijn gids, die hem twee pistolen in de zak heeft geduwd. Bij de achtervolging krijgt de gids een speer in zijn rug. Vicente geeft hem een genadeschot. Vicente weet de kust te bereiken, waar hij wordt opgepikt door een schip dat -toevallig- naar Aveiro vaart, waar een storm de toegang tot de haven weer heeft vrij gemaakt.
Wat Vicente in Aveiro wacht, krijgen we niet meer te horen.
Het zand voor de kust van Aveiro is een fascinerend boekje. Zoals gezegd wijdt Alberts niet uit in diepgaande beschrijvingen of analyse van motieven, maar hij boeit wel degelijk. Of dat nu betekent dat je uiterst diepzinnige dingen in het boek moet zoeken, is een andere vraag. Alberts suggereert dat wel, aangezien hij in de proloog refereert aan Le faiseur, een toneelstuk van Honoré de Balzac en Samuel Becketts Wachten op Godot. In Le faiseur houdt de gokker Mercadet vijf bedrijven lang zijn schuldeisers van het lijf door hen te laten wachten op zijn compagnon Godeau, die in “een al te ver Oosten” op zoek is naar fortuin. Over BeckettsWachten op Godot schrijft Alberts in de proloog: “Twee mannen wachten zonder hoop, zonder illusie, zonder wat ook op Godot, die hem moet verlossen of niet verlossen en op wie ze in elk geval moeten wachten. Als dan eindelijk de boodschapper komt zeggen, dat Godot niet komt, blijven die twee wachten.”
In Het zand voor de kust van Aveiro probeert Alberts naar eigen zeggen een soort tussenfiguur tussen Godeau en Godot te ontwerpen. “Een man, die verdwijnt en die terugkomt naar degenen, die wel of niet op hem wachten.” Daarmee suggereert Alberts een filosofische diepgang, waarvan de lezer zelf maar moet uitmaken of die wel of niet in het boek zit. Het is hoe dan ook zeer lezenswaardig.
Blik op Portugal, februari 2012