Bert Ernste – Utrecht | São Paulo • weblog

Brazilië, West-Papua, media en meer

Archive for the ‘afrika’ tag

Verloren land, roman uit Angola

leave a comment

Omslag boekIn de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw was de Novib uitgever van een reeks boeken uit wat toen nog de ‘derde wereld’ heette. Later werd dat ‘ontwikkelingslanden’. In die jaren zeventig en tachtig was de belangstelling voor de problemen van verre landen groter dan nu. Na de tweede wereldoorlog waren de meeste koloniën zelfstandig geworden en het heersende idee was dat die ‘derde-wereldlanden’ zo onontwikkeld waren doordat ze door het koloniale moederland waren uitgebuit. Daar zat zeker wel wat in, al kun je voor complexe problemen als armoede en onderontwikkeling meestal niet volstaan met een monocausale verklaring. Nederland kende vanuit die historie talloze landencomité’s, die zich inspanden voor ‘hun’ land.

De Novib haakte op die interesse in door het verspreiden van mappen met landeninformatie en de Derde-Sprekerserie met literatuur uit de ‘derde wereld’. Erg sterk was de landeninformatie over Kenya, die een zin bevatte, die ongeveer zo ging: “de mensen wonen in één ruimte met hun kippen en geiten, net zoals wij met onze honden”. Zo’n omkering van het perspectief kom je maar zelden tegen in verhalen over ontwikkelingslanden. Vaak blijven we onbewust toch een beetje ‘aapjes kijken’.

Daar moest de Derde-Sprekerserie verandering in brengen. Boeken over die landen geschreven door de mensen van daar. Een lovenswaardig initiatief, hoewel er ook wel stemmen zijn, die menen dat schrijvers in arme landen hun literatuur vaak maken voor de westerse markt. Daar is immers (vooralsnog) veel meer vraag naar boeken.

Daarbij zijn er wellicht ook culturele verschillen. Een medewerker van Radio Nederland Wereldomroep uit Franstalig Afrika vertelde mij ooit dat schrijvers in Franstalig Afrika altijd schrijven met de ambitie om in Parijs erkenning te krijgen. De schrijvers uit Engelstalig Afrika schrijven volgens hem vooral om in eigen land bekend te worden. Ik vermoed dat ook schrijvers in Portugeestalig Afrika zich sterk op de uitgevers in Lissabon richten.

Op mijn plank staan diverse boeken uit die Derde-Sprekerserie van de Novib. Bijvoorbeeld Verloren land (Terra morta) van Castro Soromenho, een roman uit Angola, in Nederland verschenen in 1982. Het is een boek uit 1949, toen Portugal nog de scepter zwaaide in Angola. Het gaat over een klein plaatsje in het binnenland van het koloniale Angola.

Het boek laat goed zien hoe enkele Portugezen tegenover een meerderheid van inheemse Angolezen het Portugese bewind voeren. Dat gaat gepaard met het nodige racisme en wreedheid tegenover de negers, zoals je toen nog mocht zeggen. Je leest ook hoe er ondanks de afstand tussen de kolonialen en overheersten een menging optreedt. Er zijn inheemsen, die voor het koloniale bewind werken en uiteraard zijn er seksuele contacten, wat leidt tot halfbloeden met hun eigen problematiek: ze horen vaak nergens echt meer bij.

Het is voor ons moeilijk voor te stellen hoe enkele koloniale bestuursambtenaren enorme gebieden bestuurden en daar, zo jong als ze vaak waren, alles moesten doen: wegen aanleggen, recht spreken, belasting innen en ga zo maar door. Niet dat elke bestuursambtenaar zich altijd even goed van al die taken kweet. Dat blijkt ook wel uit Verloren land, waar sommige koloniale ambtenaren niet al te veel uitvoeren en gelaten wachten op het einde van hun vier jaren op hun post.

Verloren land geeft alles bij elkaar een aardig beeld van die koloniale tijd (die in het geval van Angola nog tot 1975 zou duren) en je wilt ook wel weten wat er gebeurt met de personages in het boek, maar deze roman leest niet heel gemakkelijk. Misschien omdat de wereld, die het beschrijft, inmiddels ver van ons af ligt, misschien door de niet zo heel vlotte vertaling. Toch is het wel een aanrader voor wie meer wil weten over het niet altijd even roemrijke Portugese koloniale verleden.

Castro Soromenho, Verloren land (Terra morta), Het Wereldvenster, Bussum. Nog verkrijgbaar via onder meer Boekwinkeltjes.nl.

Blik op Portugal oktober 2011

Meer Portugal | Meer boeken Portugal

Written by Bert Ernste

oktober 31st, 2011 at 2:31 pm

Verhalen van de eilanden

leave a comment

Omslag boekIn het voormalige Portugese koloniale rijk namen de Kaapverdische eilanden een bijzondere plek in. Toen de Portugezen er aankwamen, waren de eilanden onbewoond en de Portugezen wilden er -net als op de Azoren- een volledig blanke kolonie vestigen. Het eiland Santiago werd evenwel een doorvoerhaven van slaven, waardoor een grote zwarte bevolkingsgroep ontstond. De tien eilanden van de archipel zijn onderling sterk verschillend. De roman Aan de familie Trago van Germano Almeida speelt zich af op Boa Vista, een dor eiland dat wel wat op een woestijn lijkt. Zout is de enige natuurlijke hulpbron van het eiland. Armoede is op Boa Vista dan ook troef, maar de bevolking is volgens Almeida, die zelf van São Vicente is, verrassend opgewekt en vol humor. Heel anders dan de Portugezen met hun fado en saudade. São Vicente is het meest kosmopolitisch van de eilanden van Kaapverdië.

Aan de familie Trago is de tweede roman van Almeida, die in het Nederlands is vertaald. De ander is Het testament van senhor Araújo. Aan de familie Trago vertelt het verhaal van Pedro Trago, die zich volgens eigen zeggen vanwege een vrouw (of was het vanwege een paard?) op Boa Vista vestigt en daar een in- en exportbedrijf vestigt. De verteller, een nakomeling van Pedro Trago, probeert de familiegeschiedenis te reconstrueren. Dat valt niet mee, want de herinnering van de mensen rond Pedro Trago verschilt nogal en niet alles wordt verteld.

Zo weet de verteller niet zeker of hij een kleinzoon van Pedro Trago is, of een achterkleinzoon. Hij is de kleinzoon van een dienstmeisje van de Trago’s, maar het is niet helemaal duidelijk of zijn vader verwekt is door de oude Pedro, of door diens zoon Sefarim. Pedro Trago wordt met het klimmen van de jaren seniel en steeds hitsiger, waardoor het uiteindelijk noodzakelijk wordt om hem op te sluiten. Later in het boek zien we het verval van de eens zo grote Pedro Trago. Waar de verteller de werkelijkheid niet geheel kan achterhalen, vult hij die aan met zijn fantasie, die dan achteraf vaak ook nog blijkt te kloppen.

Dat levert een boeiend portret op van de samenleving van Boa Vista en Kaapverdië. Duidelijk anders dan in het moederland, anders ook dan in de rest van Portugees Afrika, voor wie boeken uit Angola en Moçambique leest. Interessant is bijvoorbeeld hoe de bevolking van Boa Vista uit Portugal gedeporteerde tegenstanders (onder andere Vrijmetselaars) van het regime in Portugal, de Estado Novo van Salazar, met veel achting (het zijn toch Portugezen) en interesse ontvangt. Men is in Kaapverdië ver van het moederland en de politieke strijd verwijderd.

Aan de familie Trago gaat, ook volgens de schrijver, uiteindelijk niet zo zeer over de familie Trago, maar over de cultuur van Boa Vista en Kaapverdië. Uit de onderling vaak verschillende verhalen van de betrokkenen ontstaat geleidelijk een beeld van het leven op Boa Vista met zijn overspel, de grote familiebanden en de kleinheid van een eilandsamenleving.

Almeida zei jaren terug bij een bezoek aan Rotterdam, waar veel Kaapverdianen wonen, dat hij het van groot belang vindt om de herinnering aan de cultuur van Kaapverdië te bewaren, vooral sinds in de jaren negentig een partij aan de macht kwam, die door liberalisering en privatisering veel cultuur kapot heeft gemaakt.

Kaapverdië heeft zich altijd moeten richten op het buitenland. Het was doorvoerhaven van de slavenhandel, later diende het als tussenstop voor de grote vaart en voor tussenlandingen voor vluchten vanuit Europa naar Zuid-Amerika. Nu die tussenstops niet meer nodig zijn, zoekt Kaapverdië het in het toerisme. Almeida zei in Rotterdam dat hij daar gemengde gevoelens over had. De mensen in zijn boeken zijn arm, maar netjes gekleed en zelfbewust. Die trots slijt nu weg onder invloed van het toerisme. Vroeger kende Kaapverdië geen bedelaars, nu wel.

Aan de familie Trago is een mooi, kabbelend boek, zonder groots drama, hoewel er genoeg gebeurt. Germano Almeida noemt zich dan ook liever verhalenverteller dan schrijver. Schrijver vindt hij een pretentieuze term.

Germano Almeida, Aan de familie Trago, De Geus € 7,90 (paperback).

Blik op Portugal oktober 2011

Meer Portugal | Meer koloniale geschiedenis

Written by Bert Ernste

oktober 10th, 2011 at 11:39 am

Hekserij via internet

leave a comment

Deel website MacumbaIn Brazilië zie je vaak offers op de hoek van een straat. Een paar kaarsen, wat eten (vaak een stuk kip met rijst), bloemen en dergelijke. Het gaat hier om Macumba, een met de slaven uit Afrika meegekomen vorm van zwarte magie.

Zelf heb ik het nog niet gezien, maar de kip wordt nu soms vervangen door fast food, pizza en dergelijke, wat iemand bracht tot de term McCumba. De blogger, die mij hier op attendeerde, ontdekte ook dat je een wens of vloek, die je via Macumba wilt bereiken, tegenwoordig online kunt bestellen: http://macumbaonline.com/.

De site biedt diverse keuzes voor een wens of een vloek: vermageren, jaloezie van iemand stoppen, geld, iemand diarree bezorgen, iemand dik laten worden en nog veel meer. De site houdt de aantallen van de verzoeken netjes bij.

Meer Brazilië

Written by Bert Ernste

april 26th, 2011 at 12:22 pm

Iemanjá, godin van de zee

leave a comment

Foto strand met piepschuim bootje en bloemenVandaag veel rommel op het Braziliaanse strand. Witte bloemen en rode rozen op de vloedlijn. Ook kaarsen en piepschuim bootjes met de naam ‘Yemanja’. Een groter bootje van piepschuim is vergaan en ligt in stukken tussen de bloemen.

Blijkbaar hebben gisteren veel mensen in Brazilië hun wensen kenbaar gemaakt aan de godin van de zee, Iemanjá (of Yemanjá of Janaína) door een bootje met offers de zee op te sturen. Als Iemanjá de offers terug geeft, gaan de wensen niet in vervulling, zo denkt men.

Iemanjá is een van de orixas uit de godsdienst van de Yoruba in West-Afrika, die met de slaven is meegekomen naar Zuid-Amerika. Ze is de patroonheilige van de vissers en schipbreukelingen, de essentie van het moederschap en de geest van het maanlicht. Zoals veel Afrikaanse goden in Brazilië zijn vermengd met heiligen uit het katholicisme, wordt Iemanjá vaak vereenzelvigd met Nossa Senhora dos Navegantes (Onze Lieve Vrouwe der Zeevarenden, een titel gegeven aan Maria). In veel badplaatsen aan de kust van Brazilië staan standbeelden van Iemanjá.

Meer Brazilië

November 2010

Written by Bert Ernste

februari 13th, 2011 at 11:40 am

‘De vrouwen van mijn vader’, intrigerende roman uit Zuidelijk Afrika

leave a comment

Foto boek in Nederlands en PortugeesAs mulheres do meu pai (‘De vrouwen van mijn vader’) van José Eduardo Agualusa speelt in Zuidelijk Afrika (Angola, Moçambique, Namibië, Zuid-Afrika) en gaat over de zoektocht van Laurentina Manso naar haar biologische vader.

Laurentina is een Mozambikaanse die in Lissabon woont. Op het sterfbed van haar moeder krijgt ze te horen dat ze geadopteerd is. Haar moeder vertelt dat ze de dochter is van een in het kraambed gestorven meisje en de Angolese zanger en muzikant Faustino Manso.

Faustino sterft kort daarna. Hij blijkt zeven weduwen en achttien kinderen achter te laten. Laurentina besluit na de begrafenis van haar vader om diens leven te volgen en zijn vrouwen en bekenden te interviewen om een documentaire te maken over het leven van de muzikant en minnaar. Faustino heeft jaren door Afrika gezworven om met zijn muziek zijn brood te verdienen en overal waar hij kwam lief te hebben en te ‘trouwen’ (naar Afrikaanse opvattingen).

De zoektocht levert een schitterend verhaal op, waarbij we niet alleen Laurentina volgen, maar ook haar reisgenoten. Zuidelijk Afrika met zijn koloniale strijd en racisme wordt voelbaar in de flarden van gesprekken tussen de reizigers in hun gammele busje en in de vele ontmoetingen met curieuze figuren, die ze onderweg hebben.

De lezer krijgt een beeld van de wonden die de koloniale oorlog heeft geslagen. Waar hoor je bij? Ben je Afrikaan of Portugees? Een van Laurentina’s reisgenoten is haar vriend, die in Portugal is geboren uit Angolese ouders. Hij heeft een aversie tegen Afrika en benadrukt daarom steeds dat hij Portugees is. Een net ontdekte Afrikaanse neef is juist trots op zijn Afrikaanse afkomst. Agualusa maakt met zijn boek duidelijk dat dergelijke obsessies met identiteit en etniciteit nergens toe leiden. “Ben ik ook geweest, vriend, Portugees. Toen ik groot werd is het overgegaan.”

Nog steeds eisen achtergelaten landmijnen slachtoffers in met name Moçambique, zoals blijkt uit het verhaal over de pianist zonder handen. We ontmoeten verder onder meer een straatmeisje dat dertig blijkt te zijn, maar sinds haar elfde niet meer is gegroeid en Pouca Sorte, de chauffeur van het busje, die weer zijn eigen verhaal heeft. Zo maakt het boek veel zijsprongen, die samen een prachtig beeld geven van Zuidelijk Afrika.

Agualusa laat in al die zijpaden ook zien dat er veel waarheden bestaan. Daarmee is de Angolees/Portugese schrijver geen postmodernist, voor wie elke (subjectieve) waarheid even waardevol is, maar hij laat zien hoe iedereen zijn eigen verhaal maakt. “De waarheid bij de geschiedschrijving is niet datgene wat gebeurd is, maar datgene wat, omdat het had kunnen gebeuren, gebeurd lijkt”, schreef hij ooit als motto in een verhalenbundel. Daar borduurt dit boek op voort: “Uit hoe veel waarheden bestaat een leugen?”

Hetzelfde thema kwam ook naar voren in Agualusa’s vorige boek, ‘De handelaar in verledens’ (O vendedor de passados), waarin een albino mensen aan een nieuw verleden helpt, compleet met stamboom, documenten en herinneringen. In het postkoloniale Angola is er veel vraag naar nieuwe identiteiten.

De zoektocht van Laurentina naar haar biologische ouders in De vrouwen van mijn vader levert nog een paar grote verrassingen op. Die zal ik hier niet vertellen om uw leesplezier niet te bedreven.

Het boek vraagt wel wat van de lezer, want het bestaat uit gedachten, dromen, flarden van gesprekken en dagboekfragmenten, waarbij de ikfiguur nogal een wisselt. Wie het boek vaak onderbreekt raakt het spoor soms even bijster. Dat stoort overigens niet veel, want de flarden en fragmenten lezen heerlijk weg en meestal vallen de puzzelstukjes wel weer op hun plaats.

Een intrigerend boek. Warm aanbevolen.

José Eduardo Agualusa – ‘De vrouwen van mijn vader’. Vertaald door Harrie Lemmens; Meulenhoff, 19,90 euro.

September 2010

Meer boeken uit | over Portugal

Written by Bert Ernste

februari 7th, 2011 at 2:15 pm

Niets is enkel zwart of wit in Nederlands Angola

leave a comment

Omslag boekDe bedoeling is dat deze reeks gaat over Portugese literatuur. De vraag is natuurlijk wat Portugese literatuur dan wel is. Is dat literatuur over Portugal, uit Portugal, of alles wat in het Portugees geschreven is?

Zijn de door de Portugese Nobelprijswinnaar José Saramago op de Canarische eilanden geschreven boeken, zoals het eerder besproken De stad der blinden, over ‘de’ mensheid en niet over een specifiek land of cultuur, nog Portugese literatuur, of is dat meer wereldliteratuur? Weg met het denken in vakjes. Deze keer een boek van de Angolese schrijver Pepetela: Een roemrijke familie (A glóriosa família).

Nederland de baas in Luanda
Een roemrijke familie gaat over de zeven jaar (1641 – 1648), waarin Nederland de scepter zwaaide in Luanda, de Angolese hoofdstad. Prins Johan Maurits was gouverneur van Hollands Brazilië en hij had slaven nodig voor de suikerteelt. (Het Mauritshuis in Den Haag is grotendeels met ‘suikerfortuin’ gebouwd.) Weliswaar was de vrede met Portugal, net weer los gekomen van Spanje, getekend, maar in de tijd die nodig was om dat te berichten aan de koloniën, sloegen de Nederlanders nog even een slag in Luanda om de aanvoer van slaven veilig te stellen.

Hoofdpersoon in het verhaal is Baltazar Van Dum, Vlaming, maar ‘Portugees van gemoed’. Zijn vrouw is zwart en in veel opzichten meer racistisch dan haar echtgenoot. “Weer eentje, die het ras achteruit laat gaan”, is haar commentaar als een zoon van haar een kind verwekt bij een Afrikaanse vrouw. De Hollanders beschouwen Van Dum als een geestverwant, maar tegelijkertijd vertrouwen ze hem als katholiek niet erg. Van Dum laveert tussen Hollanders, Portugezen, de koning van Kongo, de Angolese koningin en inlandse stamhoofden.

Een roemrijke familie is een aaneenschakeling van gebeurtenissen, waarbij niet alleen Van Dum, maar iedereen moet schipperen tussen de verschillende culturen: tussen katholiek (de Portugezen) en protestant (de Hollanders), tussen zwart en blank, tussen het ‘ware’ geloof en de Afrikaanse magie, tussen loyaliteit aan de Portugezen, die naar verwachting terug zullen komen, en de Hollanders, die nu de scepter zwaaien. Het verhaal wordt verteld door de lijfslaaf van Baltazar Van Dum, een halfbloed die Van Dums zoon zou kunnen zijn.

Iedereen boter op het hoofd
Pepetela laat in dit kloeke boek (430 bladzijden) zien hoe niets zwart-wit is. Niemand is volledig schuldig of volledig onschuldig. De Afrikaanse slavenhandel is uitgevonden door Afrikanen, al waren het wel de blanken die er een transatlantische handel van maakten. Andere volken zijn minstens zo wreed en onderdrukkend als de Europeanen, al waren de Europeanen misschien wel het meest efficiënt in hun oorlogsvoering en dus hun geweld. De blanken hebben niet het monopolie op racisme. Iedereen heeft boter op zijn hoofd.

Een roemrijke familie is een fascinerend boek, dat veel begrip geeft voor het laveren dat noodzakelijk is om in een gemengde samenleving te leven. Bestaan er trouwens niet-gemengde samenlevingen? Veel meer dan in veel andere boeken over de koloniale tijd, waarin vaak blanke helden optreden en de scheidslijnen helder zijn, laat dit boek zien hoe ingewikkeld samenlevingen zijn en hoe veel ‘waarheden’ er bestaan.

Omslag boekEen roemrijke familie (uitgeverij Meulenhoff) is zeer de moeite waard, ook al omdat het zich laat lezen als een avonturenroman. Vertaald door en met een nawoord van Harrie Lemmens.

Pepetela heet in werkelijkheid Artur Carlos Maurício Pestana dos Santos (1941). Pepetela was zijn schuilnaam in het verzet tegen het Portugese koloniale regime in Angola. Hij is zelf Portugees èn Afrikaan, ofwel een blanke Afrikaan. Hij won in 1997 de prestigieuze Prémio Camões voor zijn werk en in 1999 de Prince Claus Award.

Jaime Bunda
Pepetela schreef ook Jaime Bunda, wat in het Portugees niet toevallig een beetje klinkt als James Bond. Jaime Bunda (bunda = kont) is een dikke, zwetende geheim agent in het marxistische Angola. Het is een geestig en ironisch boek dat het marxistische bewind speels op de hak neemt. Bij mijn weten helaas niet vertaald in het Nederlands. (Wel in het Frans, Duits en Engels.)

Bij uitgeverij De Geus verscheen in 2008 Roofdieren (Os predadores) van Pepetela. Dat gaat over dertig jaar onafhankelijkheid van Angola, onder meer over de corruptie.

Maart 2010

Meer boeken Portugal

Written by Bert Ernste

januari 19th, 2011 at 2:37 pm

Friese en Braziliaanse fado

leave a comment

CD Nynke LavermanFriese fado, bestaat dat? Nu wel. Een aantal jaren geleden nam Nynke Laverman de CD Sielesâlt op met een aantal fados met teksten van J. Slauerhoff, die Cristina Branco eerder op de plaat had gezet (Cristina Branco canta Slauerhoff).

Voegt dat iets toe, zo’n overzetting naar een andere taal? Nynke Lavermans stem verschilt in mijn (niet zo muzikaal geschoolde) gehoor niet zo heel erg van de stem van Cristina Branco. Wie Liebeth List Jacques Brel hoort zingen, krijgt een duidelijk andere Brel te horen dan in de versie van de grote meester zelf. Rod MacKuen zingt met zijn hese stem ook een heel andere Brel dan Brel zelf. In die zin voegt Lavermans CD misschien niet heel veel toe aan de muziek van Cristina Branco.

Toch is het als niet-Fries wel interessant om in het Fries te horen zingen. Je vangt met enige regelmaat verstaanbare zinnen op, maar het is duidelijk niet je eigen taal. Zo is het ook mooi om de Zuid-Afrikaanse versie van Brels Ne me quitte pas te horen. In het Nederlands werd dat Laat me niet alleen, in het Zuidafrikaans Moe nie weggaan nie. Schitterend die culturele uitwisseling.

CD Cristina BrancoDe muzikale begeleiding van de CD van Cristian Branco en Nynke Laverman is overigens wel verschillend. Cristina Branco zingt met de traditionele begeleiding van (bas)gitaar en Portugese gitaar, bij een nummer komt daar een viool bij. Nynke Laverman wordt begeleid door gitaar, Portugese gitaar, cello, contrabas en slagwerk.

Hoe dan ook, beide CD’s zijn gewoon heel erg mooi en zeer de moeite waard.

Braziliaanse fado?
Bestaat Braziliaanse fado? Sterker, er zijn wetenschappers, die beweren dat de fado oorspronkelijk uit Brazilië komt.* Dat idee levert onder Portugezen felle reacties op. Portugezen kijken toch al wat scheef naar Brazilië, dat grote land en opkomende economische macht, dat ooit onderdeel was van Portugals wereldrijk. Dat de Portugezen zich verzetten tegen dat idee is dus wel te begrijpen. De fado, zoals wij die kennen, is ongetwijfeld een zeer Portugees fenomeen en een onderdeel van het Portugese erfgoed en de nationale identiteit. Dat de wortels elders liggen, waar dan ook, is misschien interessant, maar uiteindelijk natuurlijk helemaal niet belangrijk.

Sommigen beweren dat de wortels van de fado in de Arabische overheersing van het Iberische schiereiland zitten. Inderdaad klinkt de weemoed van de fado wel een beetje als Arabische klaagzangen. Het is dan echter vreemd dat juist in de Algarve waar de Arabische invloeden groot zijn, geen fadotraditie bestaat. Anderen beweren dat de fado een maritieme oorsprong heeft. De heimwee van de zeelieden naar huis en het ritme van de golven zouden de fado hebben doen ontstaan. Via de Braziliaanse connectie lijken ook Afrikaanse elementen in de fado een rol te spelen. Met name de de lundum en de fofa droegen bij aan de fado. De lundum was een dans van Afrikaanse oorsprong, die rond 1740 door een mulat, Domingos Caldas Barbosa, naar Portugal werd gebracht. Rond Lissabon werd deze dans al fado genoemd. Ook de door Italiaanse invloeden ontstane modinhas hadden hun invloed. Toch is volgens Dirk Lambrechts de fado in zijn huidige vorm qua poëzie en melodie puur Europees.**

CD Paula RibasCD
Terug naar de CD’s. Geheel toevallig vond ik ooit de CD Fados Brasileiros van Paula Ribas. Een fraaie verzameling van muziek van bekende Braziliaanse componisten en tekstdichters gezongen als fado met begeleiding van gitaar en Portugese gitaar. Onder andere het heel erg mooie Fado tropical van Chico Buarque de Holanda, Saudade do Brasil em Portugal van Vinícius de Moraes en Francisca Santos das Flores van Dorival Caymmi. Goede CD, al heeft Paula Ribas niet zo’n mooie stem als Cristina Branco en Nynke Laverman. De Fado tropical gezongen door Chico Buarque zelf is veel mooier dan Ribas’ versie.

* Zie bijvoorbeeld: Kimberly DaCosta Holton Fado historiography: old myths and new frontiers in: Portuguese Cultural Studies, winter 2006.

** Dirk Lambrechts Fado, De tranen van de Taag

Januari 2010

Meer Portugal

Written by Bert Ernste

januari 15th, 2011 at 8:37 pm