Bert Ernste – Utrecht | São Paulo • weblog

Brazilië, West-Papua, media en meer

Archive for the ‘bezetting’ tag

Bevrijdingsdag: Truus van Lier

one comment

Foto van beeld van Truus van Lier

Utrecht 2022

Omslag van boekDit is een standbeeld van verzetsstrijder Truus van Lier. Het heeft lang geduurd, voordat ze een standbeeld kreeg, maar nu staat het er. Tot een tijdje terug moest ze het doen met een bloemenhulde (foto onderaan).

Truus van Lier, geboren in 1921, kwam uit een rijke familie. Het gezin woonde naast het Rietveld Schröderhuis. In 1940 ging Van Lier studeren aan de Universiteit Utrecht. Ze werd lid van het studentencorps UVSV en een studentenverzetsgroep.

In 1943 infiltreerde ze in de NSB en Wehrmacht als 22-jarige en werden haar kleine verzetsdaden steeds groter. Op 3 september 1943 schoot ze de Utrechtse NSB-hoofdcommissaris van politie Gerard Kerlen dood bij zijn huis aan het Willemsplantsoen in Utrecht. Ze had hem in de periode daarvoor lange tijd geschaduwd.

Enkele weken later werd Van Lier opgepakt. In concentratiekamp Sachsenhausen werd ze op 27 oktober 1943 gefusilleerd.

> Bovenstaand citaat komt uit het artikel over het boek Truus van Lier, Het leven van een verzetsvrouw van RTV Utrecht.

Foto van bloemen op oever van singel, die de naam Truus vormen.

Utrecht (foto van de website voor Truus van Lier)

Huize Slingevliet

leave a comment

Foto van Huize Slingevliet

Doetinchem (Achterhoek) Gelderland, jaren 1930 – ’40

Huize Slingevliet stond al eens op dit weblog, omdat mijn grootouders er een aantal jaren woonden met hun kinderen en mijn overgrootmoeder.

In Kronyck, het blad van de Historische Vereniging Deutekom verscheen onlangs een interessant artikel over de geschiedenis van deze woning. Hieronder het deel over mijn familie.

Slingevliet, van patriciërswoning tot bedrijfsverzamelgebouw
door Jaco te Hennepe

verschenen in Kronyck 183 (fragment)

In het voorjaar van 1933 staat Slingevliet, dat nog steeds eigendom is van een nazaat van de weduwe Bruijel, in zijn geheel te huur. Huize Slingevliet wordt in diverse landelijke kranten aangeprezen als ‘uitnemend geschikt voor familiepension’. Het is de familie Ernste-Glazener, bestaande uit ‘luitenant ter zee der 1e klasse’ Albert Emil Ernste, zijn vrouw en röntgenassistente Catharina Ernste-Glazener, haar moeder Cornelie Glazener-de Munnick en hun zonen Addy en Thom, die bij Slingevliet aanlegt. Ze zijn vanaf 1931 in etappes vanuit Nederlands-Indië, waar hun wortels liggen, naar Nederland gekomen en raken bij toeval in Doetinchem verzeild. (Tekst loopt door onder de foto.)

Foto’s van het echtpaar Ernste-Glazener

In januari ’33 heeft Hitler in Duitsland de macht gegrepen en verlaat het land in de eerste helft van dat jaar samen met Italië de Volkenbond. Dat maakt mensen nerveus, ook in Doetinchem. De komst naar Slingevliet van een ervaren militair is een kans die burgemeester Duval Slothouwer met beide handen aangrijpt. Amper vier maanden hier, wordt de vanwege een hartkwaal gepensioneerde Ernste ‘belast met de de voorbereidende organisatorische werkzaamheden’ om in Doetinchem een luchtbeschermingsdienst op te zetten. [14] Als hoofd van deze dienst zal Ernste tot eind juli 1940 aanblijven.

Ernste loopt zich het vuur uit de sloffen. Hij organiseert de dienst, laat regelmatig oefeningen houden, spreekt in de hele Achterhoek op voorlichtingsbijeenkomsten over het gebruik en het gevaar van strijdgassen, over de risico’s van bombardementen en welke voorzorgsmaatregelen je als burger kunt nemen om de gevolgen ervan voor jezelf en je gezin te verkleinen. Hij krijgt ook teleurstellingen te verwerken, bijvoorbeeld in de vorm van wegens bezuinigingen afgelaste oefeningen. Daarnaast is er sprake van scepsis onder de bevolking, zo blijkt als er in het voorjaar van ’34 kort na een demonstratie van het gebruik van gasmaskers, een verduisteringsoefening wordt gehouden. Niet iedereen gaat daar heel serieus mee om. (Tekst loopt door onder de foto.)

Krantenfoto van paartje met gasmakers op

Onderduikers
De oorlog blijkt onafwendbaar. Albert Emil maakt alleen het begin ervan mee. Op 19 december 1940 wordt hij ’s avonds in de Hofstraat fietsend, door een hartaanval getroffen en overlijdt. Catharina, die tot dan toe in elk geval publicitair op de achtergrond is gebleven, stelt zich op haar manier tegen de naziterreur teweer; ze verschaft op Slingevliet onderduikers een veilig onderkomen. De contacten met leden van het verzet, die ook de benodigde extra voedselbonnen verzorgen, heeft haar zoon Thom.

De eerste van in totaal negen onderduikers arriveren aan het begin van 1941. Door de ligging van het huis en de door de beplanting en een gracht afgeschermde tuin, kunnen de onderduikers ook veilig naar buiten. In oktober ’43 klopt een ondanks alle voorzorgen wantrouwig geworden lokale NSB’er op de voordeur van Slingevliet.

Buurman Luesink is getuige van het voorval: “Mevrouw Ernste stond hem daar koelbloedig te woord. De onderduikers zag ik aan de achterkant de tuin invluchten. Daar was een soort schuilkelder verstopt tussen de struiken.” [15] Door de tegenwoordigheid van geest van tante Toos, zoals de kinderen onder de onderduikers haar noemen, kunnen ze allemaal veilig naar nieuwe locaties vertrekken. In januari ’44 claimen de Duitsers, die dringend ruimte nodig hebben, Slingevliet en is ook de familie gedwongen het huis te verlaten. Tot het einde van de oorlog wonen ze in een noodkeet nabij het bruggetje in de Slingelaan. Het huis zelf wordt gebruikt door de Hitlerjugend en dient als onderkomen voor Duitse soldaten.

Na de bevrijding gaat de familie terug naar Slingevliet. Catharina wordt politiek actief en komt als tweede op de kandidatenlijst van de Partij van de Vrijheid in de gemeenteraad van Doetinchem. Nadat in 1948 haar moeder Cornelie is overleden verhuist ze naar Den Haag. De Yad Vashem erkenning Righteous Among the Nations (Rechtvaardige onder de Volken) voor haar hulp aan joodse onderduikers krijgt ze helaas pas na haar dood in 1976. Deze eretitel wordt haar op 13 september 1979 -als eerste in Doetinchem- door Israel toegekend. [16]

Noten:
[14] De Graafschap-Bode, 31 januari 1934 (delpher.nl)
[15] W.H. Luesink, Mijn belevenissen over de periode mei 1940 mei 1945 van 11 tot 16 jaar beleefd in Doetinchem, Bibliotheek ECAL, Maga 1522 (handgeschreven).
[16] righteous.yadvashem.org/.

Written by Bert Ernste

juni 28th, 2022 at 5:24 am

Krijgsgevangen

5 comments

(Edit 10 maart 2024: tekst op diverse punten gecorrigeerd)

Groepsfoto van krijgsgevangen officieren

Tekst achterkant foto: Stanislau juni ’43

Deze foto vond ik in de nalatenschap van mijn oom W.A. van Tiel (*1916 Gorinchem – †2012 Terborg). Hij was tijdens de Duitse inval in Nederland in 1940 als tweede luitenant van de landmacht gelegerd in de Achterhoek. (Zie zijn foto’s van de mobilisatie daar.) Na de capitulatie moesten Nederlandse militairen in krijgsgevangenschap. Op de foto staat mijn oom helemaal links.

Als je deze foto ziet, lijken de omstandigheden voor de officieren niet zo slecht, maar de documentaire aan het einde van deze post laat zien dat dat in ieder geval niet voor de manschappen gold.

Over het krijgsgevangenkamp Stanislau lees ik op Wikipedia:

Kamp Stanislau, ook bekend als Stalag 371, was een krijgsgevangenkamp tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het lag in Stanislau, een stad die tot 1918 deel was van Oostenrijk-Hongarije, in het interbellum onder de naam Stanisławów Pools was, in 1939 als gevolg van het Molotov-Ribbentroppact werd ingelijfd door de Sovjets en op 26 juli 1941 werd ingenomen door de nazi’s en die nu als Ivano-Frankivsk in Oekraïne ligt. Uiteindelijk zou het kamp van 1942 tot begin 1944 plaats bieden aan tweeduizend Nederlandse officieren die tussen 1940 en 1942 krijgsgevangen waren genomen in Nederland. Enkelen van de Nederlandse gevangenen wisten te ontsnappen uit Stanislau.

Eerst in Oflag V A
Mijn oom werd op 15 mei 1940 in Ede krijgsgevangen genomen en zat aanvankelijk in Oflag V A in Weinsberg, deelstaat Baden-Württemberg, Duitsland. Van daaruit schreef hij op 25 mei 1940 aan zijn vrouw:

Foto van achterkant briefkaart

Voor wie moeite heeft met het handschrift:

25/5/40
Henny,
Momenteel logeer ik ergens in Duitschland, temidden van bergen en puntdraad. Zoo in Netterden bij opoe, so ist es aus. Maar binnen eenige weken kom ik toch weer naar het schoone Holland, waar wel veel veranderd zal zijn. Dol ben ik op brieven uit Holland, het eenige om de tijd te verdrijven. M’n adres staat andere kant links onder, denk om vermelding 177, als ik goed heb is de brief portvrij. Schrijf eens over het fraaie Doetinchem, denk aan de censor. Vanmorgen gaan we wandelen, onder geleide, als op kostschool. Nr 177 groet je, het beste!

Foto van voorkant briefkaart

 

Zoals mijn oom schreef, verwachtte hij in 1940 snel naar Nederland te komen wat ook gebeurde. Naar ik begrijp ging mijn oom toen bij de Opbouwdienst werken.

Foto van id-kaart opbouwdienst

 

Terug in gevangenschap
In 1942 werden de militairen echter opnieuw in krijgsgevangenschap gevoerd, zoals in de bekendmaking hieronder wordt aangekondigd. Toen zal hij naar kamp Oflag XIII B zijn gebracht en later naar Stanislau (Stalag 371).

Foto van kant 1 bekendmaking

Foto van kant 2 bekendmaking

Het krijgsgevangene-identiteitsplaatje van mijn oom:

Foto van identiteitsplaatje

Zijn Personalkarte:

Foto van persoonskaart van gevangene

 

Toen het rode Leger oprukte werden de Nederlanders begin 1944 geëvacueerd naar Oflag 67 Neubrandenburg waar hij uiteindelijk werd bevrijd.

Na de oorlog diende mijn oom onder meer in Nederlands Indië. Hij was achteraf kritisch op het Nederlandse optreden daar.

Noot 10 maart 2024: fouten (verwarring over kampen en volgorde) hersteld en links toegevoegd. Met dank aan Eric (zie reacties) en excuses voor de trage overname van de correcties.

Documentaire over Nederlandse militairen in krijgsgevangenschap:

Bevrijdingsdag: monument voor verzet

2 comments

Foto van monument

Utrecht 2018

Dit monument eert het verzet tegen de Duitse bezetting van Nederland 1940 – ’45. Het is ontworpen door Willem Johannes Valk. Het gedicht op de sokkel is van Hendrik de Vries. Het staat in Utrecht bij De Inktpot, het hoofdkantoor van Prorail, vroeger van de Nederlandse Spoorwegen.

Foto van tekst op sokkelHet gedicht luidt:

Aan hen die nimmer bukten.

’t  Geheim en hecht verbond
van wrekers der verdrukten
Voor wie geen recht bestond.

Der weerloos weggerukten
gekwelden en gesarden
Waar zoveel wachtensmoeden
in rouw en vrees verstarden.

Wat slagen ook mislukten
wat makkers wreed verbloedden –

Zij streden en volhardden.

Op de andere kant van de sokkel staat:

1940 – 1945
Onthuld op 17 SEPT. 1949

5 jaar na het begin van de
spoorwegstaking

Directie & Personeelraad

(Kleine foto groter door erop te klikken.)

Truus van Lier
Een heel ander soort monument is de bloemenhulde voor Truus van Lier, dat ook in Utrecht te vinden is.

Truus van Lier was “een rechtenstudent en verzetsstrijdster, in 1943 op 22-jarige leeftijd geëxecuteerd in concentratiekamp Sachsenhausen. Dit omdat ze een beruchte Utrechtse hoofdcommissaris had doodgeschoten: de NSB-er Gerard Kerlen. Die zocht hier fanatiek naar ondergedoken Joden.

Utrecht had geen standbeeldje over voor Truus van Lier. Omdat het gevoelig lag dat de NSB hier haar hoofdkwartier had, aan de Maliebaan? Omdat Truus lid was van de Amsterdamse studentenverzetsgroep CS-6? Die pleegde van alle verzetsgroepen de meeste aanslagen. De leden waren zeer links tot min of meer communistisch, geen pre, na de oorlog. En vrouwen waren er volkomen gelijkwaardig aan mannen.” Bron.

Aanvulling mei 2022 (1): Boek over Utrechtse Truus van Lier: waarom schoot het meisje met de ‘vergeet-me-niet-ogen’ een NSB’er dood?

Aanvulling mei 2022 (2): Er is nu een standbeeld voor Truus van Lier.

Utrecht (foto van de website voor Truus van Lier)

Dodenherdenking

7 comments

Foto van standbeeld van man

Maarn (Utrecht) 2018

Ter gelegenheid van dodenherdenking vandaag het monument voor de gevallenen in Maarn op de Utrechtse heuvelrug.

Meer over de geschiedenis van dodenherdenking: Wanneer begon de traditie van twee minuten stilte? (Andere Tijden).

Written by Bert Ernste

mei 4th, 2019 at 5:24 am

Bevrijdingsdag

2 comments

Foto van beker met soldaat omringd door kinderen

Utrecht 2017

Afbeelding op een beker ter herinnering aan de tiende bevrijdingsdag in 1955. Hij stond samen met een beker uit 1960 en oorlogsboeken al eens op dit weblog.

Written by Bert Ernste

mei 5th, 2017 at 5:28 am

Bevrijdingsboom Utrecht

one comment

Foto van boom achter hekwerk

Utrecht 2014

Ter herinnering aan de bevrijding van de Duitse bezetting van Nederland in 1945 is deze bruine beuk geplant als ‘bevrijdingsboom’. Hij staat aan het Servaasbolwerk in Utrecht.

Zie ook: Dodenherdenking 1, Dodenherdenking 2 en Bevrijding.

Duitse bezetting: patriottisme

leave a comment

Foto van houten wapenschild met zeilschip

Utrecht 2014

Behalve ‘De ballade van de ter dood veroordeelden’ hing bij mijn oma vroeger ook dit schildje aan de muur. Naar ik aanneem een uiting van het onvermijdelijke patriottisme, in woord zo niet in daad, van veel Nederlanders tijdens de Duitse bezetting. Onbekend is of dit huisvlijt is of een gekocht ding.

Zie ook Bevrijding, eerder op dit weblog.

Meer foto’s

Written by Bert Ernste

mei 5th, 2014 at 3:21 pm

Bevrijding

leave a comment

Foto van herinneringsbekers bevrijding en boeken over de oorlog

Utrecht 2014

Foto van bevrijdingsbekersWie in de jaren vijftig en zestig opgroeide kreeg uiteraard het een en ander mee over de tweede wereldoorlog en de Duitse bezetting van Nederland. Jeugdboeken als Reis door de nacht van Anne de Vries en Van Hollandse jongens in de Duitse tijd van Aart Romijn las ik diverse malen (rechts op de foto). Uiteraard was goed en fout in dergelijke boeken erg helder en we maakten ons als jongere graag wijs dat we in de oorlog ook helden zouden zijn geweest.

Later leer je de nuances kennen, de bekende grijstinten, waar zoveel discussie over is.

Schrijver Simon Vestdijk was daar al vroeg bij met zijn Pastorale 1943, waaruit blijkt dat ook kleinzielige factoren een rol spelen bij de besluiten die mensen nemen. Iemand aan de Duitsers verraden vanwege een teleurstelling in de liefde bijvoorbeeld.

In 1960 kreeg ik op school de rechtse ‘bevrijdingsbeker’. De andere, uit 1955, verwierf ik veel later.

Zie ook ‘De oorlog weer zwart-wit willen zien is perverse nostalgie’.

Written by Bert Ernste

mei 5th, 2014 at 6:47 am

Dodenherdenking 2

leave a comment

Foto van ingelijst, handgeschreven gedicht

Utrecht 2014

Bij mijn oma thuis hing in mijn jeugd een ingelijst, handgeschreven gedicht over gevangenen van de Duitse bezetter, die vreesden voor hun leven.

Het maakte diepe indruk op mij als jonge knaap, die de nodige oorlogsverhalen had gehoord en gelezen. Bijvoorbeeld Reis door de nacht van Anne de Vries en Van Hollandse jongens in de Duitse tijd van Aart Romijn.

Het was de ‘Ballade van de ter dood veroordeelden’ door Yge Foppema, die het gedicht schreef in zijn cel in het zogenoemde Oranjehotel, de gevangenis van Scheveningen.

Foto van detail van het gedichtDe ballade van de ter dood veroordeelden

‘God, help mijn vrouw en kinderen! Ik kom wel terecht!’
Haastig met potlood gekrabbeld opschrift op den binnenkant
van een celdeur in het Binnenhof te ‘s-Gravenhage.

Een zware hand legde zich op zijn schouder
En onderbrak zijn dagelijkschen gang.
Heel even ging zijn adem wat benauwder,
Toen ging hij rustig mee. Hij was niet bang.
Dat dit eens komen moest wist hij allang.
Wie, die den strijd aanbindt, schuwt de gevaren?
Menig soldaat sterft in zijn beste jaren.
Maar toen het land riep, volgde hij dien drang.
Op ’t Binnenhof heeft hij heel zacht gezegd:
‘Heer, help de mijnen! Ik kom wel terecht!’

Er zat een jonge man in Scheveningen,
Die had gesaboteerd en opgeruid,
Wapens gesmokkeld en nog andere dingen,
Tot hij verraden werd. Toen was het uit.
En een paar cellen verder zat zijn bruid.
Zij waren altijd in elkaars gedachten.
Terwijl zij samen op het einde wachtten.
Een vonnis, en zes kogels tot besluit.
Iederen avond hebben zij gezegd:
‘Heer, help den ander! Ik kom wel terecht!’

En in de cel daarnaast een jonge jongen,
Die eens de vreugde van zijn ouders was.
Toen hij thuis was, had hij altijd gezongen.
Zijn oogen waren klaar als zuiver glas.
Hij nam zijn leven toen het nog maar pas
Begon en wierp het in de schaal der vrijheid.
Hij offerde het met dezelfde blijheid
Waarmee hij door zijn jeugd gedarteld was.
Steeds heeft hij dit gebed voor God gelegd:
‘Heer, help mijn ouders! Ik kom wel terecht!’

Allen, allen: de man met grijze haren,
Die elken avond psalm zingt in zijn cel,
De jeugdigen, en die op rijper jaren,
Gehoorzaamden het innerlijk bevel –
Zij stonden op hun post en wisten wel:
Wij zijn gering in aantal, weinig krachtig,
De vijand is barbaarsch en overmachtig,
En als hij toeslaat, treft zijn wraak ons fel
En het vergaat ons en den onzen slecht……
God sta hen bij! Wij komen wel terecht!

Prinsesse van Oranje, hoog verheven.
Die het symbool van ons verlangen zijt,
Wij weten wel: dit kost ons straks het leven,
Wij zien het licht nog slechts een korten tijd.
Maar als wjj aanstonds vallen in den strijd
En eenzaam sterven op de hei in Haren,
Dan willen wij een laatsten zucht bewaren
Voor dit gebed op weg naar de eeuwigheid:
Heer, Uw soldaat, die sneuvelt in ’t gevecht,
Smeekt U: help Holland! Ik kom wel terecht.

Yge Foppema

Written by Bert Ernste

mei 4th, 2014 at 11:53 am