Bert Ernste – Utrecht | São Paulo • weblog

Brazilië, West-Papua, media en meer

Archive for the ‘cinema’ tag

Oppenheimer | Οπενχάιμερ

leave a comment

Foto van poster voor film Oppenheimer aan lantaarnpaal.

Athene (Griekenland) 2023

Ook in Griekenland draaide de film Oppenheimer (Οπενχάιμερ in het Grieks) over Robert Oppenheimer en de andere makers van de atoombom.

De dreiging van een nucleaire oorlog is groter dan de meeste mensen denken, zeker nu Rusland oorlog voert tegen Europa. De gevolgen van zo’n oorlog zouden desastreus zijn.

Written by Bert Ernste

februari 14th, 2024 at 6:21 am

Openluchtbioscoop Thision | Θησειον

leave a comment

Foto van ingang bioscoop

Athene (Griekenland) 2023

Deze openluchtbioscoop, Thision, was gesloten, toen ik er langs kwam. Op hun site vond ik een foto van het interieur (hieronder). Verder ontdekte ik dat Athene vele openluchtbioscopen telt.

Foto van stoelen en scherm van openluchtbioscoop Thision met uitzicht op het Parthenon

Athene (Griekenland)

Written by Bert Ernste

februari 13th, 2024 at 6:23 am

Bioscoop van het plein | Cinema da Praça

one comment

Foto van gevel van kleine bioscoop

Paraty (RJ) Brazilië 2018

Written by Bert Ernste

juli 2nd, 2023 at 5:25 am

Alarm! Braziliaanse oorlogsroman

one comment

Omslag van boek Alarm!In Europa krijgen we vanzelfsprekend de geschiedenis van de tweede wereldoorlog mee vanuit Europees perspectief. Vanwege de koude oorlog zelfs vanuit een West-Europees gezichtspunt, waarbij de vele malen grotere offers van de Sovjet-Unie vaak vergeten of verkleind worden. Ook de bijdrage van troepen uit de Britse en Franse koloniën worden vaak verdonkeremaand, al komt daar wel meer aandacht voor. Ooit bezocht ik een klein dorp in Kenia, waar ik in een hutje een oude Keniaan ontmoette, die nog steeds trots was op zijn aandeel in de strijd aan de kant van de geallieerden. Op een plankje stond een foto van hem, fier in zijn uniform.

Ook Brazilië deed uiteindelijk aan geallieerde zijde mee aan de tweede wereldoorlog. Aanvankelijk lag de sympathie van de Braziliaanse regering onder Getúlio Vargas aan de kant van Duitsland. Duitsland was een belangrijke handelspartner en president Vargas voerde een regime dat leek op dat van het Italië van Mussolini.

In 1942 koos Brazilië onder druk van de Verenigde Staten voor de kant van de geallieerden. Brazilië voerde dienstplicht in om rubber te tappen in het Amazonegebied. Rubber was van groot belang voor de oorlogsinspanning. Veel van die dienstplichtige rubbertappers (soldados da borracha, soldaten van het rubber) kwamen om. De Braziliaanse marine patrouilleerde in de Atlantische Oceaan en in 1944 stuurde Brazilië een 25.000 man sterke troepenmacht naar Europa om deel te nemen aan de invasie van Italië, de Força Expedicionária Brasileira (FEB, Braziliaanse Expeditiemacht).

Ondertussen was er ook een grote gemeenschap van Duitse immigranten in Brazilië, waarvan velen sympathie koesterden voor Hitler. Daarover gaat de historische roman Alarm! van Roberto Muylaert. Het boek verhaalt over een immigrant uit de Duitse gemeenschap in Blumenau in de deelstaat Santa Catarina. Daar was zeventig procent van de Duitse immigranten op de hand van Hitler. Werner Hoodhart neemt dienst bij de Duitse Kriegsmarine en wordt geplaatst bij de onderzeedienst, die vanuit het Franse St. Nazaire, waar een grote U-bootbunker (de ‘garage’ zoals Hoodhart hem noemt), de Atlantische oceaan onveilig maakt.

Als Hoodhart met zijn U-199 een opdracht krijgt om langs de Braziliaanse kust koopvaarders op weg om de geallieerden te bevoorraden aan te vallen, komt hij op het idee om aan land te gaan in Praia Grande in de deelstaat São Paulo. Omdat inmiddels de opdracht luidt om ook Braziliaanse koopvaarders aan te vallen krijgt Hoodhart loyaliteitsproblemen. Het kelderen van Braziliaanse schepen gaat hem te ver. Hij keert daarom niet terug aan boord van zijn onderzeeër.

Alarm! verhaalt over de benauwde omstandigheden aan boord van een onderzeeër, de stank van urine en ontlasting, als lang onder water gevaren moet worden en het zuurstofgehalte steeds verder afneemt. De spanning is te snijden als er om de duikboot heen dieptebommen vallen. Ook vertelt het boek over aanvallen in het zicht van de haven van New York, waar aanvankelijk geen moeite wordt gedaan om te verduisteren, zodat de uitvarende koopvaardijschepen goed afsteken tegen de lichten van de stad, wat het werk van de bemanning een stuk gemakkelijker maakt. De Amerikanen sloegen Britse waarschuwingen over de dreiging van de duikboten arrogant in de wind.

Poster van film Estrada 47Verder gaat het boek over de belevenissen van Hoodhart zowel aan boord als in het Brazilië van toen, nadat hij zijn boot verlaten heeft en zoekt naar een nieuwe rol. Hij ontmoet een Duitse spionne, die in het presidentiële paleis in Rio de Janeiro werkt en besluit uiteindelijk om met haar hulp toch terug te keren naar de U-199. Hoe het afloopt, zal ik u natuurlijk niet vertellen.

De Braziliaanse troepen die naar Europa werden gestuurd om mee te vechten met de geallieerden waren, zo valt in Alarm! te lezen, gekleed in slappe stoffen hoofddeksels met oorflappen zoals ook de straatvegers in Brazilië gebruikten. Hun schoenen hadden papieren zolen die niet lang zouden meegaan in de Europese sneeuw, zodat de Amerikanen de Brazilianen van helmen en legerschoenen moesten voorzien. Ook kregen ze Amerikaanse uniformen, want het groen van de Brazilianen leek te veel op dat van de Duitsers.

Kortom: Alarm! is een boek met een persoonlijk verhaal over gedeelde loyaliteiten en historische details over de rol van Brazilië in de tweede wereldoorlog. Spannend en interessant. In het Engels en Portugees verkrijgbaar.

A estrada 47 (Road 47) is een speelfilm uit 2013 over een groep Braziliaanse soldaten tijdens de invasie van Italië. Ik vond het geen geweldige film, maar voor geïnteresseerden in het onderwerp wellicht de moeite waard. Ik zag hem op Netflix. Trailer:

Written by Bert Ernste

februari 22nd, 2020 at 6:28 am

Braziliaanse cinema: Chico, artista brasileiro

leave a comment

Poster van de filmChico Buarque de Hollanda, nu 71 jaar oud, is in Brazilië een begrip. In 1966 lanceerde hij zijn eerste langspeelplaat en won hij het Festival de Música Popular Brasileira met het lied A banda. Enkele jaren later vond Chico Buarque het na een arrestatie vanwege zijn oppositie tegen het generaalsregime (1964 – 1985) veiliger om Brazilië verlaten. Hij ging naar Italië, waar hij als kind al had gewoond. Hij kwam al snel terug en bleef actief tegen het militaire bewind. Chico Buarque werd een ster van de Musica Popular Brasileira (MPB) en bracht tachtig platen uit. Later ontpopte hij zich ook als schrijver. Zijn boeken zijn ook in Nederland uitgegeven.

Over Chico Buarque gaat Chico, artista brasileiro, een documentaire uit 2015 van Miguel Faria Jr. Een ingetogen film, die fragmenten uit een show afwisselt met beelden uit Chico Buarques carrière en interviews.

De documentaire roept een beeld op van een zeer veelzijdig artiest, die onder meer vertelt dat hij niet erg houdt van optreden en dat zijn meer activistische songs artistiek gezien van mindere kwaliteit zijn. De muzikale fragmenten zijn vaak prachtig. Ook de zoektocht naar een Duitse halfbroer, onderwerp van zijn boek Mijn Duitse broer, heeft zijn plek in de documentaire.

Warm aanbevolen.

Written by Bert Ernste

maart 24th, 2016 at 6:29 am

Braziliaanse cinema: Que horas ela volta? | Hoe laat komt ze terug?

2 comments

Poster van filmDe film Que horas ela volta? (Hoe laat komt ze terug? | The second mother) (2015) legt een ongemakkelijke waarheid bloot: Brazilië is ondanks de ogenschijnlijk gemakkelijke omgang tussen klassen, rassen en sociale groepen nog steeds een klassenmaatschappij. Het voorstel om een metrostation te openen bij de rijke wijk Higienópolis bijvoorbeeld, leidde enkele jaren terug tot verschrikte reacties van de rijke bewoners, want dan zou ‘een ander soort mensen’ de wijk al te gemakkelijk kunnen bereiken.

Que horas ela volta? gaat over een inwonend dienstmeisje, Val, dat door dat inwonen in een piepklein kamertje achterin het huis al jaren lief en leed met de familie deelt. De tienerzoon, Fabinho, is vrijwel geheel door Val opgevoed en komt, zo groot als hij nu is, nog steeds bij haar in bed liggen als hij niet kan slapen.

Dan krijgt Val een telefoontje dat haar dochter, die ze ooit achter moest laten in het noordoosten van Brazilië om geld te gaan verdienen in São Paulo. De dochter heeft haar middelbare school afgerond en komt naar São Paulo om daar toelatingsexamen voor de universiteit te doen. Of ze tijdelijk bij Val kan verblijven. Dat mag van de vrouw des huizes, want “je bent familie. Ik koop een matras voor je”.

Dochter Jéssica arriveert en wordt voorgesteld aan de familie. Die leidt haar rond in het huis, waarbij ze ook bij de logeerkamer komen. “Ideaal om te studeren”, zegt Jéssica. Moeder Val schrikt zich rot, want dat doorkruist de verhoudingen. Het is de bedoeling dat haar dochter bij haar in haar kleine slaapkamertje slaapt op een matras op de grond. De heer des huizes vindt het echter prima dat Jéssica de logeerkamer neemt, de meer statusbewuste vrouw des huizes ziet het met lede ogen gebeuren.

In Brazilië is het fenomeen van het inwonende en daardoor bijna dag en nacht beschikbare dienstmeisje nog steeds wijd verbreid. In West-Europa kennen we het vrijwel alleen van de incidentele verhalen over akelige uitbuiting van vaak Filipijnse dienstmeisjes bij het corps diplomatique. Al zal het wel meer voorkomen dan we weten.

De film Que horas volta laat prachtig zien hoe de verhouding tussen de gegoede burgers en hun inwonende dienstmeisjes in deze tijd niet meer zo vanzelf spreekt. Regisseur Anna Muylaert heeft daarbij bewust vermeden om van de werkgevers van Val nare uitbuiters te maken. Ze wil juist laten zien dat heel normale gezinnen er nogal vanzelfsprekend vanuit gaan dat hun personeel voor ze klaar staat.

Vals dochter Jéssica doorkruist die vanzelfsprekende verhoudingen. Zo wordt ze door de zoon des huizes en een vriendje speels in het zwembad gegooid. Waarop Fabinhos moeder het zwembad laat schoonmaken, want “er heeft een rat in gezwommen”.

Jéssica probeert haar moeder te laten zien dat de verhoudingen scheef zijn en dat ze helemaal niet echt bij het gezin hoort, zoals de gegoede familie vaak zegt. Val heeft bijvoorbeeld nog nooit gebruik gemaakt van het zwembad. Dat zou ook helemaal niet in haar opkomen. Daar tussendoor spelen ook de moeder-kindverhoudingen: die van Val die haar dochter moest achterlaten om haar financieel te kunnen onderhouden en die van de vrouw des huizes die de opvoeding van haar zoon grotendeels aan haar dienstmeisje overliet.

Ik zal de afloop van de film hier niet verklappen, ga hem vooral zien. Hij is een niet nadrukkelijke aanklacht tegen de nog steeds feodale verhouding tussen de gegoede burgers en hun personeel. Niet nadrukkelijk, maar juist daardoor blijft hij goed hangen. Het zijn ogenschijnlijk hele normale, redelijk aardige mensen die niet meer doorhebben hoe scheef de verhoudingen zijn. Muylaert heeft vermeden er een pamflettistische film van te maken met een simpel goed-foutschema. Onder Brazilianen heeft de film veel losgemaakt.

Que horas ela volta? won onder meer de C.I.C.A.E. Award op het filmfestival Berlijn en de Special Jury Prize op het Sundance Filmfestival. Warm aanbevolen.

Interview met regisseur Anna Muylaert (met filmfragmenten).

Foto van Anna Muylaert

Meer Braziliaanse cinema | Meer Brazilië

Written by Bert Ernste

september 18th, 2015 at 6:23 am

Bus 174 en de onzichtbaarheid van de armoede

leave a comment

Poster filmÔnibus 174 (Bus 174) (2002) van José Padilha (die later bekend werd door zijn films Tropa de elite en Tropa de elite 2) is een lange, indringende documentaire over de kaping van een stadsbus in Rio de Janeiro in 2000. Sandro Rosa do Nascimento gijzelde na een mislukte overval (?) een aantal passagiers en gedurende vier-en-een-half uur dreigde hij hen te doden, omringd door politie en media. Er bestaat ook een speelfilmversie van de gebeurtenissen onder de titel Última parada 174 (Laatste halte 174) (2008) van regisseur Bruno Barreto. Deze heb ik nog niet gezien.

De (lange) film van Padilha wisselt beelden van de gijzeling af met interviews en beelden van de wereld van daklozen en misdadigers (gevangenissen), die een triest beeld schetsen van de dader en zijn situatie. De documentaire preekt niet, maar laat op een onnadrukkelijke manier zien hoe de armen in Brazilië (niet alleen daar trouwens) worden genegeerd. Om diep over na te denken.

Let op: deze recensie vertelt de inhoud van de film. Wie hem eerst wil zien zonder de afloop te weten, kan hier terecht (vervolg recensie daaronder):

https://www.youtube.com/watch?v=4mQ2b-PE7Iw
Op jonge leeftijd zag Sandro zijn moeder voor zijn ogen bloedig vermoord worden. Zijn vader heeft hij nooit gekend. Hij gaat al jong op straat leven, waar de straatkinderen regelmatig worden mishandeld of zelfs afgeschoten door milities, vaak bestaande uit politieagenten. Sandro overleefde zo’n bloedbad bij de Candelária kerk in Rio de Janeiro in 1993. Hij voorziet in zijn levensonderhoud via diefstal en overvallen.

Tijdens de gijzeling schreeuwt Sandro dat de Braziliaanse maatschappij de armen negeert en geen kans geeft. Dat beeld komt ook voort uit de interviews. De armen van Brazilië worden genegeerd door wie het beter heeft en zijn als het ware onzichtbaar. Zo voelen ze zich ook, zo blijkt uit de interviews. Ze voelen dat ze niets zijn, dat de wereld hen niet ziet en niet wil zien. Als ze in de gevangenis zitten, worden ze als beesten behandeld en raken ze het spoor verder bijster.

Sandro is, zo blijkt gedurende de uren durende gijzeling, niet echt van plan om de gijzelaars te doden. In de bus hebben enkele van de jonge vrouwen die zijn gegijzeld dat ook door, zo blijkt uit de interviews. Sandro zegt op een gegeven moment tegen een van hen dat hij haar niet gaat doden, maar dat hij wel gaat schieten. Hij schiet in de vloer en zegt tegen haar dat ze op de grond moet bijven liggen.

Ondertussen schiet de politie de gijzelnemer niet dood, terwijl ze daar volop gelegenheid voor hebben, bijvoorbeeld als Sandro zijn hoofd en arm met revolver uit het raam steekt. Naar verluidt hebben hogere machten echter besloten dat rondspattende hersenmassa in een nette buurt en live op televisie niet goed over zal komen.

Als Sandro tot verrassing van de politie na uren besluit om met een gijzelaar uit te stappen, springt een politieagent naar voren en schiet alsnog, naar beweerd wordt tegen de orders in. Hij raakt de gijzelaar in het gezicht en mist de gijzelnemer. Volgens de officiële versie schiet Sandro in een reactie drie keer in de rug van de gijzelaar. Deze overleeft het niet.

In de arrestantenwagen wordt Sandro gewurgd dor de politie. De politie beweert dat Sandro zeer geagiteerd was en gekalmeerd moest worden door hem bewusteloos te maken. Enkele agenten worden aangeklaagd, maar door een jury vrij gesproken.

De documentaire laat op indringende wijze zien, dat straatkinderen in Brazilië en vele Braziliaanse misdadigers (opgegroeide straatkinderen) komen uit armoede en gebroken gezinnen. Het erbarmelijke gevangeniswezen in Brazilië, dat ook in de film langs komt, helpt de situatie slechts verergeren.

Sandro blijkt een mens van vlees en bloed, die heel graag anders wilde, zoals blijkt als hij een tijdje bij een oudere dame inwoont en dolgelukkig is met het feit dat hij een eigen plekje heeft. Deze wereld geeft de marginalen, zoals ze in Brazilië genoemd worden, echter bitter weinig kansen en negeert ze, zoals de documentaire pijnlijk duidelijk maakt.

Een film die je bij blijft en tot diep nadenken stemt.

Meer Braziliaanse cinema | Meer Brazilië

Written by Bert Ernste

december 6th, 2013 at 8:19 am

Braziliaanse cinema: O som ao redor | Het geluid van de omgeving

leave a comment

Bewakers maken kennisDe film O som ao redor (Neighbouring sounds | Het geluid van de omgeving) (2012) van Kleber Mendonça Filho is zoals de site van de film zegt een ‘Braziliaanse kroniek’ of een ‘stuk Braziliana’. De verleiding is groot om de titel te vertalen met Burengerucht, maar de naam van de film is neutraler en abstracter dan het wat negatieve Burengerucht. Overlast van de buren speelt overigens wel een rol in de film.

O som ao redor speelt in een middenklassewijk in Recife, de hoofdstad van de deelstaat Penambuco. De kijker ziet de bewoners van een straat, ieder met zijn of haar eigen, dagelijkse beslommeringen. De vriendin van een van hen merkt ‘s ochtends na de nacht bij hem doorgebracht te hebben dat er is ingebroken in haar auto. De CD-speler is weg. Hij vermoedt dat de kleinzoon van mijnheer Francisco er achter zit. Die Francisco is een rijkaard, die een grote, inmiddels vervallen suikerplantage heeft.

Een moeder van twee kinderen worstelt met het janken van de hond van de buren. Een particuliere bewakingsdienst biedt aan om van ’s avonds 7 tot ’s ochtends 7 de straat te bewaken. Dat brengt rust voor de meesten, maar onrust voor anderen, zoals de genoemde kleinzoon die in vuige zaakjes zit.

De film toont het leven van de bewoners van de straat, zoals dat voortkabbelt. Zonder ondersteunende muziek en met zeer geloofwaardige acteurs, zodat je bijna zou gaan geloven dat je een realityshow bekijkt, ware het niet dat de camerastandpunten en close-ups die van een speelfilm zijn.

Mijnheer Francisco, die een groot aantal panden in de straat heeft, gedraagt zich als een machtig man, zoals hij voeger de scepter zwaaide op zijn suikerplantage. Hij maant de bewakingsdienst om zich niet te bemoeien met zijn kleinzoon, wat de bewakingsdienst trouwens niet opvolgt. Via een anoniem telefoontje waarschuwen ze hem te stoppen met zijn louche zaakjes. Een van de bewakers vrijt met een dienstmeisje in een huis waarvan hij de sleutel heeft. Als hij het witte bed ziet vraagt hij bezorgd aan haar: “je menstrueert toch niet?”.

De strijd tegen de jankende honden gaat moeizaam. Vlees met een slaappil, een apparaatje uit het buitenland dat zo piept dat de hond het op zijn heupen krijgt (dat het dienstmeisje laat doorbranden) en tenslotte vuurwerk worden ingezet.

Beeld van bewonersvergaderingEen fraai inkijkje in de Braziliaanse samenleving levert ook de vergadering van de bewoners van een flatgebouw op, waar besloten moet worden of ze de nachtportier, die vaak slaapt op zijn post, willen ontslaan en zo ja met of zonder pensioen. Ze hebben de slapende portier zelfs gefilmd. Mét pensioen zou betekenen dat de bewoners een extra bijdrage aan servicekosten moeten betalen. Wie Brazilië kent, weet dat deze bewonersvergaderingen vaak weinig verheffende gebeurtenissen zijn.

Alles bij elkaar een zeer sterke film over het gewone (stads)leven in Brazilië. Overwegend zonder grote dramatiek, maar juist daarom aangrijpend. Je voelt de spanning tussen de wat arrogante mijnheer Francisco (die geconfronteerd wordt met zijn veleden) en de anderen, tussen het huishoudelijke personeel en hun bazen en tussen de lagere en iets hogere middenklasse (jaloezie omdat de ander een grotere platte televisie heeft). De bewakingsdienst zorgt ook voor spanningen.

Een uitstekende film dus, al vroeg ik mij wel af of de vele nuances van de Braziliaanse samenleving in de film wel allemaal over zullen komen bij filmkijkers die Brazilië niet, of alleen van vakantie kennen. Wellicht gaat een deel van de film aan hen voorbij, maar misschien is dat helemaal niet zo. Ga hem kijken en laat het me weten.

Trailer:

<

Meer Braziliaanse cinema | Meer Brazilië

Written by Bert Ernste

februari 12th, 2013 at 6:52 pm

Marley: oppervlakkige documentaire Latijns Amerikaans Film Festival

leave a comment

Poster documentaire 'Marley'Het Latijns Amerikaans Film Festival (LAFF) sloot af met een film over Bob Marley, de te jong gestorven reggaemusicus uit Jamaica. Reggae, Jamaica? Maar dat is toch helemaal niet Latijns-Amerikaans? Inderdaad vreemd dat deze film de officiële slotfilm was van het LAFF.

Als de documentaire over Bob Marley een knaller was geweest, dan zou je je er nog wat bij kunnen voorstellen, maar helaas viel Marley erg tegen.

De documentaire is uiterst traditioneel, in de zin dat die chronologisch het leven en ontwikkeling van Bob Marley volgt. ‘Traditioneel’ is natuurlijk helemaal niet verkeerd. De juryleden van het LAFF roepen elk jaar weer dat ze vernieuwende films willen, maar er is vanzelfsprekend helemaal niets mis met een traditioneel opgezette film, als de inhoud en uitvoering prima zijn. Vernieuwen om het vernieuwen is onzinnig.

De documentaire Marley is qua inhoud evenwel nogal mager. We horen iets over Marleys moeilijke jeugd, zijn blanke vader, die hij nauwelijks gekend heeft, over het leven in de krottenwijk van Kingston, de eerste stappen op het gebied van de muziek. Het is allemaal echter te oppervlakkig om een beeld te krijgen van de mens Bob Marley.

We horen wat over het originele van de muziekvorm reggae, maar het blijft bij een korte uitleg over het ritme van de reggae (of ska, zoals het in het begin heette). We horen niets over de acceptatie van de reggae en weinig over de invloeden van andere muziekstijlen op de nieuwe muziekstijl. Er worden wat invloeden opgesomd, maar op welke manier die in de reggae doorklinken blijft ongewis.

De documentaire gaat in op het bereiken van zwarten en waarom het in Europa en de Verenigde Staten vooral blanken zijn, die naar de concerten van Marley komen, maar het blijft onduidelijk waar dat vandaan komt.

Die oppervlakkigheid komt voort uit het feit dat de documentaire zich vrijwel uitsluitend baseert op interviews met mensen uit de directe omgeving van Bob Marley. Je hebt uiteindelijk het idee dat je met Bob Marley op een eiland leeft. Een perspectief van wat verder weg, wat je zo veel jaren na de dood van Marley zou verwachten, ontbreekt en helaas kan de omgeving van Marley dat gemis niet compenseren, misschien door de aard van de interviews.

Kortom: het is het steeds net niet in deze (lange) documentaire, die bovendien voor een muziekdocumentaire maar weinig muziek laat horen.

Blijft de vraag waarom het Latijns Amerikaans Film Festival een niet-Latijns-Amerikaanse film, die ook nog eens zeer matig is, tot officiële slotfilm bombardeerde. Festivalkenners, die ik sprak zeiden meteen: “oh, die hebben een deal gemaakt, die krijgen er geld of het vertoonrecht van een andere film voor”. Zou kunnen. Inhoudelijk is het in ieder geval een vreemde keuze.

Braziliaanse films | Meer columns

Written by Bert Ernste

april 28th, 2012 at 8:59 am

Braziliaanse cinema: Capitães da areia | Kapiteins van het zand

leave a comment

Foto rennende straatjongensDe film Capitães da areia (Kapiteins van het zand) (2011) van Cecília Amado vertelt het verhaal van een groep straatjongens in Salvador de Bahía in de jaren dertig van vorige eeuw. De film is gebaseerd op het gelijknamige boek van Jorge Amado, de grootvader van de regisseur. ‘Kapiteins’ refereert waarschijnlijk aan de titel coronel (kolonel), die veel grootgrondbezitters in Brazilië al dan niet terecht gebruikten.

Toen het boek Capitães da areia in 1937 verscheen, viel dat niet in goede aarde bij de toenmalige, autoritaire regering van Getúlio Vargas, die meende dat het boek een communistische boodschap had. De eerste editie werd in beslag genomen en deels publiekelijk verbrand in Bahía. Inderdaad was Jorge Amado communist en het boek kaart het lot van straatkinderen aan, maar in de film is de communistische boodschap ver te zoeken. Meer boeken Brazilië

De film laat de groep straatkinderen zien als een sympathieke vriendengroep onder leiding van Pedro Bala. ‘O professor’ is de intellectueel van het gezelschap, die kan lezen en (hoe stereotiep) een bril heeft. ‘Sem perna’ (‘Zonder been’) loopt wat mank. De groep leeft van straatroven en inbraken.

Regisseur Cecília Amado heeft gekozen voor een wat gestileerde manier van filmen. Regelmatig staat het beeld even stil, bijvoorbeeld tijdens de traditionele capoeira, de van de slaven afkomstige vechtdans. In de fotografie wordt veel gebruik gemaakt van het prachtige zonlicht in Bahía, waarmee de film (onbedoeld?) een erg zonnig beeld van het leven op straat schept. Zonnig ook in de zin dat het meer om een prettige vriendengroep lijkt te gaan dan om een sociaal achtergestelde groep straatkinderen, zoals we die inmiddels kennen uit vele realistische films, die de kijker enigszins murw achterlaten.

De jongens (later voegt zich een meisje bij de groep) zijn overwegend vrolijk en opgewekt en lijken nauwelijks zorgen te hebben, afgezien van een conflict met een andere groep. Die ruzie leidt tot een confrontatie, die sterk doet denken aan de West Side Story, die andere film waarin geweld tussen jeugdbendes geromantiseerd en gestileerd wordt.

De film laat de capitães da areia zelfs zien aan boord van het visserschip van een oudere vriend. Ze liggen en hangen aan boord als ware het een pleziertochtje en dat is het blijkbaar ook. Het is ze natuurlijk gegund, maar je wilt bijna straatjongen in Bahía worden na het zien van deze film, zo gezellig lijkt het (meestal).

Waar de film speelt in de jaren dertig van vorige eeuw, zou je kunnen betogen dat de straatkinderen van toen een minder somber bestaan hadden dan vandaag de dag, nu verdovende middelen en met name crack hun tol eisen onder daklozen.

Toch bleef ik, net als mijn Braziliaanse filmvrienden na deze film zitten met het gevoel dat we een gesteriliseerd beeld van de sociale werkelijkheid van straatkinderen hadden gezien. De acteurs zijn sympathiek, eigenlijk te sympathiek en vriendelijk voor hun rol. Ze lijken meer op middelbare scholieren van gegoede ouders dan straatjongens. Sommige dialogen in de film zijn nogal houterig. Het werken met amateurs als acteur is sympathiek en kan leiden tot natuurlijk spel, maar in deze film werkt het vaak niet goed. Kortom: Capitães da areia was een tegenvaller.

Meer Braziliaanse cinema | Meer Brazilië

Written by Bert Ernste

april 6th, 2012 at 2:27 pm